locatie terp Tjitsma ↑ dé fibula ↓ klik op kleine foto voor vergroting
Algemeen
De reeks van zes terpen op een kwelderwal aan de zuidkant van de voorrmalige getijdegeul de Ried, loopt van dorpsterp Wijnaldum een 3,5 km naar het oosten, tot aan de Getswerderzijl. Tussen de terpen en zuid ervan liggen een aantal verhoogde akkers. Waarschijnlijk is na pioniersactiviteiten rond 150 nC de eerste bewoning ontstaan en zijn nadien huisterpen vergroeid tot kleine dorpsterpen. Veel terpen en wierden werden in de 3e eeuw verlaten, maar bijvoorbeeld de terp Tjitsma (oost van het fiskerpaed) pas na plm 325 nC. De bewoning begon opnieuw in de 4-5e eeuw.
De terp-hoogte verloopt van 2.8 m + nap (Dorpsterp) tot ongeveer een meter (de oostelijke). De Foarryp (verbindingsweg) kronkelt er aan de zuidkant langs, over de oude kwelderwal. De dorpsterp is aan de (noord-)oostkant afgegraven, de overige terpen hebben hoogte verloren door ‘verploeging’, aanleiding voor de grootscheepse opgraving van terp Tjitsma rond 1991. Het grootste deel van de terp is nog niet onderzocht.
Vondsten
Rond 1954 vond men een grote fibula uit de 7e eeuw met een zilveren steunplaat, die geheel met goud is afgewerkt en aan de voorkant met in goud gezette stukjes almandijn. Later vond men nog meer delen van de fibula.
Vondsten in 1991 en daarna: meerdere fibulae, munten, glazen kralen, scherven van aardewerk, waterputten en een groot aantal sporen van huisplattegronden en aanduidingen van werkplaatsen van goud- en zilversmeden. Ook werd een benen amulet (afb) met runentekens, 6e eeuws, gevonden.
In 1993: een stukje goud zwaardbeslag, een benen kam, een derde kinderskeletje; het skelet van een circa 20 jaar oud meisje, uit de 6e eeuw, met een ringfibula, een kralenketting en de punt van een hertshoorn met cirkelversiering daarbij. Sporen van een belangrijk wooncentrum, waar mogelijk elite had gewoond.